April staat in het teken van parasieten. Vlooien, teken en wormen zijn vervelende parasieten waar uw huisdier last van kan hebben. Bovendien vormen sommige parasieten een gezondheidsrisico voor de mens. Daarom is het belangrijk om uw huisdier te beschermen tegen parasieten. Wat zijn de meest voorkomende parasieten en hoe kan ik mijn huisdier hier tegen beschermen?
Vlooien
Vlooien zijn bloedzuigende insecten die voorkomen op zoogdieren en vogels. Alleen de volwassen vlooien worden op uw huisdier aangetroffen, de eitjes en onvolgroeide stadia bevinden zich in de omgeving. Vlooien zijn veel voorkomende parasieten bij de kat, de hond en andere kleine zoogdieren die leven in een huis waar meerdere dieren samenleven. Vlooien kunnen bij uw huisdier leiden tot jeuk, kale plekken en bloedarmoede bij zwaar geïnfecteerde dieren. Bovendien kunnen vlooien lintwormeitjes overbrengen waardoor er een groter risico is op een worminfectie.
Het blijft dus zaak om uw huisdier het hele jaar door tegen vlooien te beschermen. Er zijn verschillende mogelijkheden om uw huisdier te beschermen. Wij geven u graag informatie welk middel het meest geschikt is voor uw dier.
Teken
Teken zijn spinachtige beestjes die zich vanuit de struiken op uw hond/kat of op uzelf laten vallen. Met de komst van het voorjaar, is de tekentijd weer aangebroken. Na een rustperiode in de winter, worden met een stijging van de temperatuur teken in het voorjaar weer actief. Teken hechten zich vast in de huid en voeden zich met bloed. Op uw huisdier kunt u zowel de volwassen teek als de voorstadia (nimfen en larven) aantreffen. Een met bloed volgezogen volwassen teek is makkelijk herkenbaar aan zijn ronde, bolle lichaam. Teken die nog niet zijn volgezogen met bloed, of de voorstadia van de volwassen teek, zijn echter slechts enkele millimeters groot en daardoor minder duidelijk zichtbaar. Bij honden en katten worden teken vooral gezien op de kop, echter ze kunnen over het hele lichaam voorkomen.
Tekenbeten zijn risicovol, omdat teken tijdens het zuigen van bloed ziekten kunnen overdragen, zoals Lyme, babesiose en ehrlichiose. De Ixodes ricinus teek komt veel voor in Nederland en kan de bacterie Borrelia, veroorzaker van de ziekte van Lyme, overbrengen. De meeste honden worden na een infectie met Borrelia niet ziek. Mocht een dier wel verschijnselen vertonen, dan kan kreupelheid, koorts, vergrote lymfeklieren en nierontsteking optreden. Bij katten is de ziekte van Lyme zeldzaam. Verder kan een tekenbeet een lokale huidontsteking veroorzaken. Rond de plaats waar de teek zich heeft vastgehecht kan de huid wat verdikt zijn en roodheid vertonen.
Diereigenaren lopen meer risico op een tekenbeet!
U kunt zelf een tekenbeet in de natuur oplopen, maar ook via uw hond of kat in aanraking komen met teken. Onze huisdieren nemen namelijk wel eens teken mee naar huis. In je woning kan de teek op zoek gaan naar een nieuwe gastheer. Met een beetje pech ben jij dat.
Als hondeneigenaar heb je maar liefst 1,5 meer kans op een tekenbeet dan iemand zonder huisdier! Daarbij krijgen jaarlijks 27.000 mensen in Nederland de ziekte van Lyme.
Preventie is dus echt hard nodig zowel voor het welzijn van je hond of kat, als ook voor de gezondheid van jezelf en je gezin. Controleer je hond regelmatig op teken, maar vergeet ook niet jezelf te controleren als je in het groen bent geweest.
Bescherm uw dier tegen teken!
Het is dus erg belangrijk om uw dier te beschermen tegen teken. Hiervoor zijn verschillende producten beschikbaar, zoals een tablet, een pipet of een tekenband. Wij geven u graag informatie welk product het meest geschikt is voor uw dier.
Ondanks het feit dat een product tegen teken wordt gebruikt, is ons advies om de hond of kat regelmatig te controleren op teken. Wanneer u een teek gevonden hebt, kunt u deze met een speciale tekentang verwijderen. Het kan enkele dagen duren voordat de ziekteverwekkers vanuit de teek in de bloedsomloop van het dier terecht komen, dus hoe sneller u de teek verwijdert, hoe beter.
Hoe verwijder ik een teek bij mijn hond of kat?
Een teek die al in de huid vastzit, moet zo snel mogelijk worden verwijderd, maar wel op een goede manier. De reden hiervoor is dat teken ziekten kunnen overdragen waaronder de ziekte van Lyme. Bij verkeerd verwijderen wordt de kans op overdracht van ziekteverwekkers vergroot.
Wormen
Interne parasieten (wormen) zijn een veel voorkomend probleem. Bij de hond en de kat komen verschillende wormen voor. Of een dier wormen heeft, kan je aan de buitenkant van het dier vaak niet zien. Door middel van ontlastingsonderzoek, waarbij wormeieren worden aangetoond onder de microscoop, kan een worminfectie worden vastgesteld. Bij een hele zware besmetting worden soms wel wormen gevonden in braaksel of ontlasting. Dat u niets ziet aan uw huisdier wil dus niet zeggen dat uw hond of kat geen wormbesmetting heeft.
Waarom ontwormen?
Een wormbesmetting kan vervelende tot zelfs ernstige gevolgen hebben voor uw hond of kat zoals: diarree (met bloed), verstopping, achterblijvende groei, braken, bloedarmoede en een doffe vacht. Bovendien kunnen wormen van dier op mens overgaan en veroorzaken een zogenaamde zoönose. Een worminfectie kan zelfs gevaarlijk zijn voor kinderen. Het is dus van belang om uw dier regelmatig te ontwormen.
Hoe vaak ontwormen?
Hoe vaak uw dier ontwormd moet worden hangt af van een aantal factoren. Er zijn vier risico groepen gemaakt:
- Groep A: De dieren in deze groep komen niet buiten of komen wel buiten maar hebben geen contact met park, zandbak, ontlasting van soortgenoten, speelweide, rauw vlees, slakken of prooidieren.
Advies: een tot twee per jaar ontwormen.
- Groep B: De dieren in deze groep komen buiten en hebben wel direct contact met ontlasting van soortgenoten, park zandbak of speelweide.
Advies: vier keer per jaar ontwormen.
- Groep C: De dieren in deze groep komen buiten, komen in contact met prooidieren en/of slakken en/of gaan mee op jacht en/of eten rauw vlees.
Advies: zes keer per jaar ontwormen.
- Groep D: De honden in deze groep wonen in het gebied waar de vossenlintworm voorkomt (bv. Zuid-Limburg of Oost-Groningen) en eten prooidieren en/of gaan mee op jacht.
Advies: maandelijks ontwormen.
Ontworming pups en kittens
Pups:
- Op een leeftijd van twee, vier, zes en acht weken, daarna maandelijks tot een half jaar leeftijd
- Zogende teven tegelijk met de pups ontwormen
Kittens:
- Op een leeftijd van drie, vijf en zeven weken, daarna maandelijks tot een half jaar leeftijd
- Zogende poezen tegelijk met de kittens ontwormen